Sinds januari 2013 wordt in de voedingsindustrie voor alle bedienden een aanvullend pensioen opgebouwd. Hieronder vind je een overzicht van de belangrijkste bepalingen uit het sectorale stelsel via het Fonds 2de Pijler (F2P).
Sommige bedrijven hebben ervoor gekozen hun aanvullend pensioen zelf op ondernemingsvlak te organiseren. De werknemers van deze ondernemingen vallen dan ook buiten de regeling van het sectorale stelsel.
Voorwaarden
Tot 31/12/2018
Minimum 132 dagen binnen de voedingsindustrie (bedrijven met RRSZ-kengetal 048, 051, 052, 058, 258 en 848) tewerkgesteld zijn als bediende na 31 december 2012.
Vanaf 01/01/2019
binnen de voedingsindustrie (bedrijven met RRSZ-kengetal 048, 051, 052, 058, 258 en 848) tewerkgesteld zijn als bediende.
Werking
Je werkt in de voedingsindustrie als bediende.
Je werkgever betaalt dan verplicht de bijdragen via de RSZ: in 2019 is dit 1,25% van je brutoloon. Jij hoeft dus niets te doen om je aanvullend pensioen op te bouwen.
Indien je verandert van werkgever en niet langer binnen het PC 220 werkt, dan worden er geen bijdragen meer betaald voor je aanvullend pensioen.
Zodra je met wettelijk pensioen gaat kan je je aanvullend pensioen aanvragen.
Berekening en betaling
De door je werkgever betaalde bijdragen zijn een percentage op je brutoloon. Ze worden berekend in functie van de door het bedrijf gekozen formule. Je vindt hier een overzicht van de bijdragen.
De belangrijkste bepalingen
Veelgestelde vragen
- Welke bijdragen moet ik betalen?
- Kan ik het aanvullend pensioen van bij mijn vorige werkgever overzetten naar het F2P?
- Kan je de voor jou betaalde bijdragen fiscaal aftrekken?
- Welke voordelen voorziet het sectoraal plan?
- Hoe zit het met het rendement van het sectoraal plan?
- Hoe kan je de evolutie van je aanvullend pensioen opvolgen?
- Wat staat er op mijn pensioenfiche?
- Wanneer kan je ten vroegste je aanvullend pensioen opvragen?
- Wat moet je doen om je aanvullend pensioen aan te vragen?
- Hoe lang moet je wachten op de uitbetaling van je aanvullend pensioen?
- Wat gebeurt er met je aanvullend pensioen als je overlijdt vóór je met pensioen gaat?
- Kan je zelf een begunstigde aanduiden?
- Kan je kiezen tussen een uitkering in kapitaal of een uitkering in rente?
- Wat wordt er afgehouden van je aanvullend pensioen?
- Wat gebeurt er met je aanvullend pensioen indien je niet meer in de sector werkt?
- Wat gebeurt er met je aanvullend pensioen indien je van paritair comité verandert?
- Wat indien je van werkgever verandert binnen de voedingsindustrie?
- Wat moet je doen als je verhuist?
- Waar kan ik de beheersrapporten nalezen?
- Gunstige fiscaliteit na volledige loopbaan
Welke bijdragen moet ik betalen?
Persoonlijke bijdragen bovenop de werkgeversbijdrage zijn in het sectorale stelsel niet mogelijk. Het is je werkgever die de bijdragen betaalt. Dit gebeurt via de RSZ. De werkgever is verplicht deze bijdragen te betalen (een percentage op je brutoloon). Een overzicht van de bijdragen kan je hier terugvinden.
Kan ik het aanvullend pensioen van bij mijn vorige werkgever overzetten naar het F2P?
Je werkte voordien in een andere sector waar je ook rechten opbouwde op een aanvullend pensioen. Indien je wenst kan je deze bedragen laten transfereren naar het pensioenplan van het F2P. Daarvoor gebruik je het formulier "N11 Transfer IN”
Je gaat als volgt te werk:
- Je deelt aan je vroegere werkgever mee dat je jouw reserve naar het sectoraal pensioenplan van de voedingsindustrie wil overdragen. Dit kan gebeuren aan de hand van formulier “N11 Transfer IN”
- Hier eindigt in principe jouw werk, de rest van de administratieve afwikkeling gebeurt tussen jouw vroegere werkgever, de vroegere pensioeninstelling en het sectoraal pensioenplan voedingsindustrie.
- jouw vroegere werkgever deelt jouw beslissing mee aan jouw vroegere pensioeninstelling.
- de vroegere pensioeninstelling geeft de informatie over jouw pensioenplan door aan het sectoraal pensioenplan voedingsindustrie, en stort het reservebedrag op onze rekening.
- wij storten het bedrag op uw individuele pensioenrekening bij het sectoraal pensioenplan voor de bedienden binnen de voedingsindustrie.
Kan je de voor jou betaalde bijdragen fiscaal aftrekken?
Neen, je kan zelf geen extra bijdragen betalen en kan deze dus ook nooit fiscaal aftrekken. Je werkgever betaalt alle bijdragen voor je aanvullende pensioen
Welke voordelen voorziet het sectoraal plan?
Twee luiken zijn voorzien in het sectoraal plan:
a) het luik pensioen: dit is je aanvullend pensioen en bestaat uit alle bijdragen voor de opbouw van je aanvullend pensioen verhoogd met een gegarandeerd rendement en eventuele winstdeelnames, na aftrek van de kosten. Een overzicht van de bijdragen, rendementen en winstdeelnames kan je hier terugvinden.
b) het luik solidariteit: via het solidariteitsluik wordt in bepaalde gevallen automatisch een bijdrage aan je aanvullend pensioen toegevoegd. Deze gevallen zijn: economische werkloosheid, langdurige arbeidsongeschiktheid, overlijden en faillissement van de onderneming. Een beschrijving van deze voordelen kan je hier raadplegen.
Hoe zit het met het rendement van het sectoraal plan
De voorbije jaren verschenen er heel wat berichten in de pers over de rendementen van de aanvullende pensioenen. Berichten waardoor werkgevers en werknemers zich vragen stellen. Wij zetten in dit document de feiten op een rijtje zodat u met kennis van zaken een oordeel kunt vormen over de situatie van het aanvullend pensioen voor de bedienden van de voedingsindustrie.
Hoe kan je de evolutie van je aanvullend pensioen opvolgen?
Je kan je opgebouwde aanvullende pensioenrechten vanaf oktober 2016 raadplegen op www.mypension.be
Elk jaar, rond juni, zal je ook een pensioenfiche ontvangen. Op deze brief kan je lezen wat de juiste stand is van je opgebouwd aanvullend pensioen:
- het totaal van de bijdragen betaald in het afgelopen jaar
- het totaal opgebouwde spaargeld op de leeftijd van 65 jaar, zonder verdere premiebetaling
- het totaal opgebouwde spaargeld op 1 april van het betrokken jaar
- het totaal opgebouwde spaargeld op 1 april van het voorgaande jaar
De pensioenfiche heeft een louter informatief karakter en dient dus niet te worden opgenomen in de belastingaangifte.
Wat staat er op mijn pensioenfiche?
Meer info over de gegevens op uw pensioenfiche vindt u uitgelegd op de site van AG insurance
Daarnaast bezorgen wij u elk jaar nog een lijst met veelgestelde vragen zoals u ze ook op deze website vindt. De vragen en antwoorden zijn zo opgesteld dat ze een samenvatting vormen van het huidige pensioenreglement.
Wanneer kan je ten vroegste je aanvullend pensioen opvragen?
Het aanvullend pensioen wordt uitbetaald op het ogenblik waarop je met wettelijk pensioen gaat. Tot het ogenblik waarop je met wettelijk pensioen gaat blijf je aangesloten aan de pensioentoezegging en verder rechten opbouwen.
Als je met wettelijk pensioen gaat na 1 januari 2016 zal je dus niet meer opnieuw aangesloten worden aan de pensioentoezegging indien je opnieuw aan de slag gaat in de sector. Indien je reeds gepensioneerd was vóór 1 januari 2016 en vóór die datum opnieuw (beperkt) aan de slag gegaan bent in de sector en in dat kader aangesloten bent bij de pensioentoezegging, zal je verder aangesloten blijven zolang je actief blijft in de sector. Het is in principe dus niet (meer) mogelijk om je aanvullend pensioen op een vroeger ogenblik te ontvangen. De wet voorziet een aantal overgangsbepalingen waardoor het in bepaalde situaties nog mogelijk is om toch vanaf de leeftijd van 60 jaar je aanvullend pensioen te ontvangen.
- Als je 55 jaar of ouder bent in 2016 kan je toch nog vervroegd je aanvullend pensioen ontvangen (vanaf 60 jaar als je in 2016 58 jaar of ouder bent, vanaf 61 jaar als je in 2016 57 jaar bent, vanaf 62 jaar als je in 2016 56 jaar bent en vanaf 63 jaar als je in 2016 55 jaar bent), op voorwaarde dat je niet langer verder werkt in de voedingsindustrie.
- Als je ontslagen bent ten vroegste op 55 jaar en toetreedt in een stelsel van werkloosheid met bedrijfstoeslag dat kadert in een herstructureringsplan bestaande op 1 oktober 2015.
Wat moet je doen om je aanvullend pensioen aan te vragen?
Als je niet meer in dienst bent bij je werkgever en < 65 jaar, moet je zelf een formulier aanvragen. Vanaf 2018 licht de vzw Sigedis de pensioeninstelling in als je met wettelijk pensioen gaat. Het is belangrijk dat je samen met het formulier de gevraagde documenten opstuurt.
Het aanvraagformulier "N4 – aanvullend pensioen – aanvraag bij wettelijke pensionering” vind je hier.
Indien je valt onder een van de overgangsmaatregelen uit de bovenstaande vraag dan dien je gebruikt te maken van volgende formulieren:
"N5 – aanvraag aanvullend pensioen in kader van vervroegd pensioen”
"N6 – aanvraag aanvullend pensioen in kader van werkloosheid met bedrijfstoeslag (brugpensioen)”
Indien je de aanvraag doet vanuit het buitenland dan dien je ook het formulier “N7 Fiscaal attest ” ingevuld terug te bezorgen.
Hoe lang moet je wachten op de uitbetaling van je aanvullend pensioen?
Om je aanvullend pensioen te berekenen, zijn de loongegevens van je volledige (vanaf 1 januari 2013) loopbaan in de voedingsindustrie nodig. Op het ogenblik van je aanvraag zijn nog niet alle loongegevens beschikbaar. Je moet dus rekenen op een wachttijd van ongeveer 6 maanden. Intussen wordt je opgebouwd kapitaal opgerent tot de dag van betaling.
Wat gebeurt er met je aanvullend pensioen als je overlijdt vóór je met pensioen gaat?
Als je overlijdt vóór je met pensioen gaat, dan zullen je begunstigden het opgebouwde aanvullend pensioen kunnen opvragen. Ze kunnen ons best zo vlug mogelijk contacteren door het opsturen van het aanvraagformulier “N2 – aanvullend pensioen bij overlijden” (1 formulier per begunstigde).
Indien het aanvullend pensioen bij overlijden wordt uitgekeerd aan je weduwe of kind jonger dan 21 jaar, moeten er geen successierechten betaald worden. In de andere gevallen wel. Andere wettelijke afhoudingen blijven eveneens van toepassing (zie onder "Wat wordt er afgehouden van je aanvullend pensioen“).
De begunstigde die in het buitenland is gedomicilieerd dient ook het formulier “N7 Fiscaal attest ” ingevuld terug te bezorgen.
Kan je zelf een begunstigde aanduiden?
Je kan steeds de volgorde van de begunstigde(n) wijzigen of een andere begunstigde(n) aanduiden door het versturen van het formulier "N1 – begunstigden aanvullend pensioen bij overlijden ” per aangetekend schrijven. Het F2P houdt enkel rekening met het laatst toegestuurde document en is niet verantwoordelijk voor eventuele discussies hieromtrent.
Kan je kiezen tussen een uitkering in kapitaal of een uitkering in rente?
Ja! Je hebt de keuze om je aanvullend pensioen te ontvangen onder de vorm van een kapitaal of onder de vorm van een rente:
a) uitkering van een kapitaal: je ontvangt je kapitaal in één keer na aftrek van de sociale en fiscale inhoudingen;
b) uitkering van een rente: het kapitaal van je aanvullend pensioen wordt omgerekend naar een jaarlijkse rente op voorwaarde dat deze minstens 500 euro bedraagt. Je kan kiezen voor een doorbetaling (tot maximaal 80%) aan de langstlevende echtgeno(o)t(e). Je kan tevens kiezen voor een vaste jaarlijkse indexering (van 1 of 2%). De keuze zal natuurlijk de hoogte van de rente beïnvloeden.
Wat wordt er afgehouden van je aanvullend pensioen?
a) uitkering van een kapitaal : Globaal genomen houd je ongeveer 80% over bij opname van je pensioenkapitaal. De wettelijk verplichte afhoudingen omvatten:
- een RIZIV bijdrage van 3,55%;
- een solidariteitsbijdrage van 0 tot 2% (afhankelijk van de grootte van het bedrag);
- een personenbelasting aan een tarief al naargelang de leeftijd waarop u het aanvullend pensioen ontvangt:
- 60 jaar
- 16,5% als u op dat momentook het wettelijk rustpensioen (of het vervroegd pensioen) opneemt.
→ opgelet: brugpensioen valt hier niet onder - 20% als u op dat moment nog niet met pensioen gaat
- 16,5% als u op dat momentook het wettelijk rustpensioen (of het vervroegd pensioen) opneemt.
- 61 jaar
- 16,5% als u op dat momentook het wettelijk rustpensioen (of het vervroegd pensioen) opneemt.
→ opgelet: brugpensioen valt hier niet onder - 18% als u op dat moment nog niet met pensioen gaat
- 16,5% als u op dat momentook het wettelijk rustpensioen (of het vervroegd pensioen) opneemt.
- 62-63-64 jaar
- 16,5%
- 65 jaar
- 10% als u de laatste 3 jaren voor uw pensioen onafgebroken gewerkt heeft
- anders 16,5%
- 60 jaar
- later, bij de aangifte van je personenbelasting, een gemeentebelasting dewelke verschilt van gemeente tot gemeente. Je zal daartoe in het jaar na de uitbetaling een fiscale fiche met de juiste gegevens ontvangen.
b) uitkering van een rente: als je een aanvullend pensioen als rente uitgekeerd krijgt (zie de vraag rond de keuze tussen uitkering in kapitaal en uitkering in rente), dan ben je (bovenop de hierboven vermelde inhoudingen) nog een bijkomende belasting verschuldigd. Deze bedraagt jaarlijks 30% van 3% van het netto aanvullend pensioenkapitaal. Deze zal je via je aangifte in de personenbelasting moeten betalen. Ieder jaar zal je daartoe een fiscale fiche ontvangen.
Wat gebeurt er met je aanvullend pensioen indien je niet meer in de sector werkt?
Indien je verandert van werkgever dan kan het zijn dat er geen bijdragen meer voor je betaald worden.
Dit is het geval indien:
- je niet meer werkt in de voedingsindustrie;
- je nog steeds in de voedingsindustrie werkt, maar niet meer als bediende;
- je nog steeds in de voedingsindustrie werkt, maar bij een werkgever die het aanvullend pensioen op ondernemingsvlak organiseert.
Je hebt dan volgende mogelijkheden:
a) Je kan het opgebouwde spaargeld ook gewoon bij de pensioeninstelling laten staan, zonder verdere betaling van bijdragen. In dat geval geniet je van een overlijdensdekking gelijk aan de verworven reserves.
b) Je kan het opgebouwde spaargeld laten overbrengen naar het pensioenstelsel van je nieuwe werkgever: contacteer hiervoor je nieuwe werkgever;
c) Je kan het opgebouwde spaargeld laten overbrengen naar een gemeenschappelijke pensioenkas die door de wetgever zijn erkend. Een lijst kan je terugvinden op de fsma website; contacteer hiervoor de door jou gekozen pensioenkas;
Indien je voor één van deze mogelijkheden wil kiezen, dan moet je dat schriftelijk doen binnen de 30 dagen na het veranderen van werkgever. Je moet daarvoor het formulier “N9 – bestemming van het opgebouwd spaargeld ” gebruiken. Als je niet reageert, dan blijft je opgebouwde spaargeld bij de pensioeninstelling overeenkomstig punt a) hierboven. In dat geval behoud je uiteraard al je rechten en je blijft verder jaarlijks een pensioenfiche ontvangen. Indien je later terug als bediende in de voedingsindustrie komt werken, moet je niets ondernemen. Je opgebouwd spaargeld, dat heel de tijd verder opgerent werd, zal verder aangroeien met de op het moment van terugkeer toepasselijke bijdragen.
Opgelet: Afkoop der verworven rechten voor einddatum of vervroeging, voorschotten op de contracten en inpandgevingen zijn niet toegelaten.
Wat gebeurt er met je aanvullend pensioen indien je van paritair comité verandert?
Het is mogelijk dat je werkgever van RSZ-kengetal verandert en dat bijgevolg het paritair comité wijzigt waaronder je tewerkgesteld wordt. Ook al blijft je arbeidsovereenkomst behouden, zodra je niet meer wordt tewerkgesteld onder PC 220 worden er geen bijdragen meer voor je betaald aan het pensioenplan binnen onze sector.
Wat indien je van werkgever verandert binnen de voedingsindustrie?
Indien je de onderneming verlaat, maar blijft werken in de voedingsnijverheid bij een ander werkgever (zonder eigen evenwaardig pensioenplan), dan verandert er niets. Je blijft genieten van alle rechten. Enkel is het nu de nieuwe werkgever die de pensioenbijdragen zal betalen.
Wat moet je doen als je verhuist?
Alle adreswijzigingen naar of in het buitenland moet je ons doorgeven. Als je binnen België verhuist, hoef je in principe niets te doen. Het F2P PC220 krijgt alle aangepaste Belgische adressen automatisch doorgestuurd.
Waar kan ik de beheersrapporten nalezen?
De pensioeninstelling stelt elk jaar een verslag op over het beheer van de pensioentoezegging. Het verslag moet informatie over de volgende elementen bevatten :
- de wijze van financiering van de pensioentoezegging en de structurele wijzigingen in die financiering;
- de beleggingsstrategie op lange en korte termijn en de mate waarin daarbij rekening wordt gehouden met sociale, ethische en leefmilieuaspecten;
- het rendement van de beleggingen;
- de kostenstructuur;
- in voorkomend geval de winstdeling.
- Beheersverslag 2013
- Beheersverslag 2014
- Beheersverslag 2015
Gunstige fiscaliteit na volledige loopbaan
Werknemers die met pensioen gaan vóór de wettelijke pensioenleeftijd van 65 jaar en een volledige loopbaan hebben (45jaar) , kunnen voortaan een fiscale behandeling van hun aanvullend pensioenkapitaal genieten aan 10%.