Welke verplichtingen rond opleiding omvat de sector-CAO?

Op bedrijfsniveau gelden de volgende verplichtingen op basis van de CAO:

  • De CAO bepaalt welk percentage van de arbeidstijd een voedingsbedrijf moet spenderen aan vorming (formeel en informeel). Dat percentage lag op 1,3% voor 2017. Vanaf 1 januari 2018 wordt deze verplichting omgezet naar gemiddeld 4 dagen vorming per voltijds equivalent per jaar. Iedere werknemer beschikt vanaf 1 januari 2018 over een individueel opleidingskrediet van gemiddeld 2 dagen per voltijds equivalent per jaar. 
  • Een voedingsbedrijf vanaf 20 werknemers is verplicht om in de ondernemingsraad of met de syndicale delegatie te overleggen over zijn opleidingsplan (een plan conform het sectoraal model). Daarnaast moeten alle voedingsbedrijven ook over hun onthaalbeleid overleggen. Wordt dit niet gedaan, dan vervalt het recht op onze financiële tussenkomst bij opleidingen.
  • Elke werknemer beschikt over een initiatiefrecht om een gesprek te vragen met zijn verantwoordelijke over zijn opleidingsmogelijkheden.
  • Elke werknemer kan een opleidingsbilan aanvragen bij Alimento. Dat is een overzicht van de opleidingen die hij gevolgd heeft met een tussenkomst van Alimento.

Opleidingsplan conform een sectoraal model - FAQ

Een bedrijf vanaf 20 werknemers moet een opleidingsplan opstellen conform een sectoraal model. Sinds de sectorale CAO 2013-2014 is dat een van de voorwaarden om gebruik te kunnen maken van het gunstige tarief voor Alimento-opleidingen.

1. Wat houdt de verplichting concreet in?

  • De verplichting geldt voor alle voedingsbedrijven met 20 of meer werknemers. Maakt een bedrijf deel uit van een groter geheel, dan telt het totaal aantal werknemers die vallen onder dezelfde Technische Bedrijfseenheid (TBE - definitie sociale verkiezingen)
  • Het opleidingsplan moet beantwoorden aan het sectoraal model, met de volgende inhoud:
    1. Duurtijd
    2. Omschrijving van de belangrijkste doelstellingen
    3. Oplijsting van de geplande opleidingen, zo concreet mogelijk
    4. Oplijsting van de opleidingsinitiatieven voor risicogroepen
    5. Evaluatiemoment
  • Je kan het sectoraal model opleidingsplan downloaden 
  • Een bedrijf moet overleg plegen over het opleidingsplan op niveau van de ondernemingsraad of bij ontstentenis met de syndicale delegatie. De syndicale vertegenwoordigers moeten op het plan handtekenen dat dit overleg plaatsvond.

2. Mijn bedrijf maakt deel uit van een groter geheel met meerdere vestigingen. Moeten we een plan maken voor het geheel of een voor elke vestiging afzonderlijk?

  • Beiden zijn mogelijk. Een bedrijf moet dit bekijken met de ondernemingsraad, en bij ontstentenis met de syndicale delegatie.

3. Is er een verplichte duurtijd?

  • Idealiter gaat het om een plan voor één of twee jaar, waarbij de vorderingen regelmatig besproken worden binnen de overlegorganen.

4. Wat wordt bedoeld met initiatieven voor risicogroepen?

  • De risicogroepen zijn: kortgeschoolde werknemers (hoogstens diploma secundair onderwijs), De werknemers van minstens 50 jaar, werknemers bedreigd door ontslag, personen met verminderde arbeidsgeschiktheid, personen die sinds minder dan een jaar werken en niet-werkend waren op het ogenblik van hun indiensttreding, jongeren die nog geen 26 jaar oud zijn en opgeleid worden in een stelsel van alternerend leren of in het kader van een individuele beroepsopleiding in een onderneming.
  • Dit kunnen, maar moeten geen specifieke initiatieven zijn. Concreet kan een bedrijf de opleidingen herhalen die in het algemeen overzicht opgenomen zijn, op voorwaarde dat risicogroepen deelnemen aan deze opleidingen.
    Het is in de eerste plaats de bedoeling dat deze groepen, die doorgaans ook minder opleiding genieten, niet vergeten worden in de behoefteanalyse voor het opleidingsplan.
  • Voorbeelden van veelvoorkomende initiatieven zijn: Nederlands op de werkvloer, basis sensibilisering hygiëne, basis ICT, werkpostbegeleiding/training-on-the-job, mentoropleidingen (voor ervaren oudere werknemers), …
  • Indien bepaalde groepen niet aanwezig zijn in het bedrijf, noteert men ‘niet van toepassing’

5. In het sectoraal model staat ook een evaluatiemoment opgenomen. Wat moet ik daaronder verstaan?

  • De evaluatie van het plan wordt rond het einde van de looptijd van het plan voorzien
  • De evaluatie kan over verschillende aspecten gaan:
    • Over het plan zelf: Werden alle geplande opleidingen gegeven? Wat was het globale resultaat? Moeten bepaalde opleidingen hernomen worden? Moeten opleidingen die niet doorgingen, opnieuw ingepland worden? …
    • Over de opleidingen: Hoe zijn de opleidingen verlopen? De voorbereiding, de opleidingen zelf, de opvolging achteraf? Wat was het effect op de werkvloer? Wat is voor verbetering vatbaar? Wat vonden de deelnemers van de opleidingen? Als er gewerkt werd met evaluatieformulieren, wat werd hieruit dan geleerd?
    • Wat kunnen we uit dit alles leren voor het volgende opleidingsplan?

6. Welke hulp kan ik krijgen om tot een goed plan te komen?

  • Je kan zelf aan de slag gaan met de opleidingsgids van Alimento
  • Een Alimento-adviseur kan je op het juiste pad zetten of je plan met jou bekijken.
  • Wil je een meer doorgedreven begeleiding, kan een consultant samen met jou een opleidingsplan opmaken. Je kan hiervoor een financiële tussenkomst krijgen van Alimento

7. Geldt de verplichting ook als er geen vakbond is?

  • Alle bedrijven met 20 of meer werknemers moeten een opleidingsplan volgens het sectoraal model hebben om Alimento-steun te krijgen. Natuurlijk kunnen alleen maar bedrijven met een overlegorgaan overleg plegen over hun opleidingsplan.

8. Hoe pak ik het overleg aan?

  • Een goed overleg verhoogt de kans om te komen tot een steviger opleidingsplan, meer draagvlak voor opleiding op de werkvloer en grotere effecten van de opleidingsinspanningen. Dit vraagt een goede voorbereiding en je kan best ook rekening houden met een aantal aandachtspunten. Alimento bundelde tips om te komen tot een beter overleg 

9. Wie van de werknemersvertegenwoordigers moet tekenen?

  • Dit moet besproken worden met de leden van de ondernemingsraad of bij ontstentenis met de syndicale delegatie.

10. Hoe controleert Alimento dat ik in orde ben? Moet ik het opleidingsplan opsturen?

  • Op de aanvraagformulieren voor een Alimento-tussenkomst moet een bedrijf aanvinken of er meer dan 20 werknemers zijn, of het bedrijf een overlegorgaan orgaan heeft, en voorts de looptijd aangeven van haar opleidingsplan conform het sectoraal model en voor welke vestigingen dit plan geldig is.
  • Het plan zelf moet niet noodzakelijk opgestuurd worden, maar dit mag wel. De Alimento-adviseurs halen er inspiratie uit om voedingsbedrijven te adviseren indien gewenst.
  • Op regelmatige basis maakt Alimento lijsten van de verkregen informatie (het aantal werknemers, of er een overlegorgaan is, de looptijd van het opleidingsplan). De vakbonden volgen telkens via de regionale of gewestelijke secretarissen mee op of deze lijsten correct zijn.

11. Zijn er nog verplichtingen inzake opleiding ?

  • Op bedrijfsniveau gelden de volgende verplichtingen uit de CAO:
  1. Een voedingsbedrijf vanaf 20 werknemers is verplicht om in de ondernemingsraad of met de syndicale delegatie te overleggen over zijn opleidingsplan (een plan conform het sectoraal model).
  2. Ook moeten alle voedingsbedrijven met een overlegorgaan over hun onthaalbeleid overleggen.

Als deze 2 verplichtingen niet gevolgd zijn, vervalt het recht op financiële tussenkomsten van Alimento.

Daarnaast gelden de volgende verplichtingen :

  1. Elke werknemer beschikt over een initiatiefrecht om een gesprek te vragen met zijn verantwoordelijke over zijn opleidingsmogelijkheden.
  2. Elke werknemer kan een opleidingsbilan aanvragen bij Alimento. Dat is een overzicht van de opleidingen die hij gevolgd heeft met een tussenkomst van IPV / Alimento. 

Heb je nog een andere vraag, neem dan contact op met Danielle Verlaet

  • Sectoraal model opleidingsplan voedingsnijverheid

    Een voedingsbedrijf kan voor haar werknemers (paritair comité 118 en 220) enkel gebruik maken van het gunstige tarief voor Alimento-opleidingen wanneer aan een aantal voorwaarden is voldaan. Zo moet een bedrijf met 20 werknemers of meer beschikken over een opleidingsplan conform het sectoraal model.

Blijf op de hoogte

Werknemers

Schrijf je in op om op de hoogte te blijven van onze opleidingen en onze dienstverlening.

Terug naar boven